Schaalopdracht
Vul een subtitel in
Opdracht:
Vaardighedenopdracht: Op schaal
Doel: op schaal tekenen en snijden
Tijdsduur: 2 lesuren
Product: een tekening en een model op schaal
Tijdens deze twee lesuren ga je leren op schaal te werken. Daartoe moet je eerst begrijpen wat 'op schaal' betekent.
Als je iets groter of kleiner wilt tekenen dan in het echt dan teken je op schaal.
Voorbeelden:
Schaal 1 : 10 spreek uit schaal 1 op 10
1 cm op je tekening is 10 cm in het echt
Vb.: een tafel van 80 bij 60 cm wordt op tekening 8 bij 6 cm
Schaal 1 : 100 spreek uit schaal 1 op 100
1 cm op je tekening is 100 cm in het echt, ofwel 1 meter
Vb.: een kamer van 800 bij 400 cm wordt op tekening 8 bij 4 cm
Je hebt het volgende nodig:
§ Pen, papier, liniaal/geo
§ Meetlinten
§ Styropor en styroporsnijder
1. Meet alle afmetingen van het bovenaanzicht van de infobalie in E144 en noteer dat overzichtelijk op een wit papier. Maak hierbij een schets van de infobalie.
2. Teken op de andere kant van het papier het bovenaanzicht van de infobali nauwkeurig op schaal 1 : 20.
3. Teken nogmaals het bovenaanzicht van de infobalie op schaal 1 : 20, maar dit keer op styropor.
4. Snijd het bovenaanzicht van de infobali uit met behulp van de styroporsnijder. (Oefen eerst even met de styroporsnijder!)
5. Laat je product(en) aftekenen door de docent
Dit was dus de opdracht! Hieronder de foto's